opmerking: klik op welke afbeelding dan ook om ze vergroot te bekijken.
Laat ik eerst twee paragrafen citeren:
"Bij luchtvervuiling heb je met luchtstromingen te maken die de vervuiling meenemen over de gehele wereld. Je weet gewoonweg niet waar de vervuiling precies vandaan komt. Je kan alleen op lokaal niveau proberen te achterhalen. Maar ook dan is het moeilijk vast te stellen vooral als het om een groot gebied gaat. Het enige dat je kunt vaststellen is de hoeveelheid aan concentratie van vervuiling. Echter, dit wil niet (altijd) zeggen dat de aangetroffen concentratie iets zegt over de oorzaak. Want, vervuiling kan ook van elders aangevoerd zijn en boven de getroffen locatie blijven hangen vanwege gebrek aan wind. Ik zie een vergelijking met de vaststelling van gisteren als zou de oorzaak van de stijging van het aantal besmettingen in huiselijke kring liggen. Je kan dit niet zomaar vaststellen omdat hier niet altijd om een reproductie via een besmetting naar meerdere bestemmingen hoeft te gaan. Het is zelfs mogelijk dat een persoon andere personen, tezamen een groep vormend, heeft besmet terwijl de hele groep onderweg is voor een huisbezoek. Je kan dus alleen maar spreken over een feit dat de meeste concentratie van nieuwe besmettingen in huiselijke omgeving zijn aangetroffen. Met andere woorden: de geclaimde oorzaak is niet zeker. ." |
Deze twee paragrafen komen uit mijn allereerste blog post. Maar, waarom gebruik ik de paragraaf eigenlijk hier?
Ik zie een overeenkomst tussen de manier waarop de samenleving met de pandemie omspringt en de manier waarop de samenleving met het fenomeen klimaat omspringt. Immers, ook hier is er sprake van vingerwijzing naar welke regering doen ook.
Als je COP naar het Nederlands vertaald dan is de letterlijke betekenis Conferentie Van Partijen. Het is een jaarlijkse, door de Verenigde Naties georganiseerde bijeenkomst bedoeld voor landen die het "United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC)" hebben ondertekend. Inderdaad, COP is een onderdeel van dat verdrag dat sinds 1994 van kracht is. Inmiddels is de 26ste editie, gehouden in het Schotse Glasgow, afgelopen en leverde een zwakke resultaat op.
Een van de agendapunten die het niet haalde is de financiële tegemoetkoming aan ontwikkelingslanden in de aanpak van de effecten van klimaatverandering in die landen. De Verenigde Staten en de Europese Unie waren "nog niet zo ver" dit punt op te nemen. Ze is doorgeschoven naar de volgende editie die in de Egyptische badplaats Sharm el-Sheikh zal worden gehouden.
India leidt een groep van landen die zich beroepen op een gegeven dat men veel later aan (industriële) ontwikkelingen is begonnen om zo niet mee te hoeven doen aan de vermindering van uitstoot aan gassen. En, laat de India dit nou net claimen op een moment dat er een zware smog in Delhi is. Inmiddels worden de inwoners gewaarschuwd dat men zich moet voorbereiden op de aankondiging van noodmaatregelen.
De Indiase claim is zoiets als "Ik stop niet met de oorlog omdat ik veel later eraan deelnam". Het is diplomatiek gezegd nogal behoorlijk primitief. Maar, dat land was al primitief, zij het in de aanpak van de coronavirus nadat Modi in Maart van dit jaar waarschuwingen in de wind sloeg om geen massa verkiezingsbijeenkomsten te houden. Daarop explodeerde het aantal stijgingen met miljoenen en honderdduizenden onnodige sterfgevallen tot gevolg. India is niet voor niets op de derde plaats terechtgekomen in de wereldranglijst van landen met de meeste coronadoden.
Een ander ontwikkelingsland is Indonesië dat ik diverse malen bezocht maar ermee ophield vanwege veranderingen in het sociale klimaat met name tegen mensen die hetzelfde uiterlijk hebben, maar die ofwel heel lang niet meer in het eigen moederland wonen dan wel helemaal niet in dit land geboren zijn. Dit geldt natuurlijk alleen als een persoon met hetzelfde uiterlijk geen directe familie- of vriendschappelijke band heeft met de persoon die tegenover de eerder genoemde persoon staat.
Als ik terugkijk naar de straten van bezochte steden en de situatie van destijds vergelijk met de situatie van nu, dan blijkt er niet veel veranderd te zijn. Immers, er zijn nog altijd overvolle wegen zoals op de afbeelding rechts genomen in Depok. In Jakarta is het nog veel erger. Je krijgt zowaar het idee dat er meer auto's dan inwoners zijn.
In de grote steden van Afrika is het straatbeeld niet veel anders. Het grote verschil tussen het wagenpark in Azië met die in vele Afrikaanse landen is dat het wagenpark in Afrikaanse landen veel slechter aan toe is, vooral als ik naar het openbaar vervoer en het vrachtverkeer op de weg kijk. Dat laatste is letterlijk. Ik ben namelijk in Afrika geweest. De afbeelding rechts is genomen vanuit een matatu (=minibus) terwijl ik probeerde Nairobi te verlaten omdat mijn verblijf in Nakuru was.
Een van mijn meest geliefde bezigheid is onderzoeken. Dat moet ergens vandaan komen. Het is niet leergierigheid. Dat komt vanzelf als je steeds een vraag opwerpt nadat je iets ziet dat vraagtekens oproept. Dan ga je vanzelf op onderzoek uit om de aangetroffen onduidelijkheid zelf duidelijk te maken. Zo is dat ook met straatbeelden in bezochte buitenlandse steden. Zodoende zegt het aangezicht van het wagenpark in Afrika veel over het verduurzaming van de lokale mobiliteit. Het aangezicht geeft namelijk de indruk dat er nauwelijks iets aan de uitstoot van uitlaatgassen gedaan wordt. Het wekt bij mij dan ook onbegrip op als Afrikaanse landen aan rijke landen om (extra) financiële steun vragen om iets aan het het effect van klimaatverandering te doen.
Het dagelijks leven waar dan ook herbergt heel veel, vooral kleine dingen die ogenschijnlijk als weinig betekenend overkomen juist omdat ze alledaags zijn en dus normaal worden beschouwd. Maar deze dingen staan wel aan het begin van een wereldse probleem.
Een voorbeeld: wie laat nou een centrale vertrekpunt van matatu's toe op een plek waar een markt is, en zelfs pal voor voedselkramen terwijl de matatu's met draaiende motoren op passagiers staan te wachten. Een ander voorbeeld is het feit dat er nog altijd veel versleten vrachtwagen op de weg te zien zijn die wolken van verbrande diesel de lucht in blazen. Nou kan je op armoede beroepen. Dat is van de ene kant ook zo. Echter van de andere kant is het ook een regeringsverantwoordelijkheid.
Een schone lucht is in veel Afrikaanse landen niet echt een prioriteit, d.w.z. bij de plaatselijke politici. Je kan dit alleen begrijpen als je de manier waarop politiek wordt bedreven kent.
In Afrikaanse landen zijn politieke voorkeuren inherent aan herkomst (stammen). Kijk maar eens als er verkiezingen zijn. Mensen van een bepaalde stam scharen zich dan achter een bepaalde partij omdat de leden van dezelfde stam zijn. Het wordt steevast ontkent. Toch is het probleem gewoon met het blote oog waar te nemen. Immers, je hoeft alleen maar te kijken welke stammen in welk Afrikaans land leven. Vervolgens zoek je naar de stam die het meest welvarend en dus rijk is en uiteindelijk de stam die de meeste invloed in dat land heeft. Dat is meestal de stam die het meest welvarend, dus rijk is. Het is een van de antwoorden op de vraag waarom is er armoede in Afrika. Een antwoord die de meeste Nederlanders niet kennen. En, welvarende stammen, dus de rijkste stammen, zijn meer bezig met "showcasen" dan met serieuze zaken des levens. Ga maar eens op Instagram kijken.
Het klimaatprobleem wordt veel in de politieke context geplaatst terwijl ze een probleem is veroorzaakt door collectief gedrag in de samenleving. Het is dus eerder een probleem van ons allemaal. Echter, dit gaat niet helemaal op voor Afrika. Immers, hier liggen eerder etnische tradities aan ten grondslag die voor ongelijkheid zorgen waardoor voor doorsnee Afrikanen nauwelijks mogelijk is om het probleem collectief aan te pakken.
Een praktisch voorbeeld: zolang er mensen zijn die niet over gas (kunnen) beschikken zolang zullen zij gewoon hout sprokkelen of zelfs hele bomen kappen om ze te verbranden tot houtskool dat ook tot luchtvervuiling leidt en dus een bedrage levert aan het klimaatprobleem zoals de afbeelding rechts laat zien genomen in Kiambogo, Kenia.
Ik heb tot nog toe geen enkele initiatief gezien dat mensen, d.w.z. zij die dat zich kunnen veroorloven, overhaalt om elektrisch te gaan rijden. Kijk maar naar Zuid Afrika waar de meeste autofabrieken staan zoals Nissan, Toyota, BMW en Mercedes. Er is tot nog toe geen enkele milieuvriendelijke auto van de band gerold. Dit komt omdat geen enkel Afrikaans land een daadwerkelijk duurzaam beleid voert. Daardoor blijven de meeste Afrikaanse landen nog altijd afhankelijk van fossiele brandstoffen. Hier en daar zijn er wel zonne-energie projecten maar te kleinschalig en niet gericht op een overgang naar elektrische rijden, laat staan dat ze alle mensen toegang tot elektriciteit bieden. Immers, het overgrote deel van de Afrikaanse bevolking bestaat uit arme mensen die zelfs niet 1 zonnepaneel kunnen veroorloven.
Een ander probleem is een collectieve gedrag dat aan ongeïnteresseerdheid doet denken.
Als je de lokale nieuwsverspreiders bekijkt, bijvoorbeeld CitzensTV, NTD, Kenya TV en Opera (Chinees eigendom), het merendeel van de inhoud is alleen maar binnenlands nieuws. Er is nauwelijks aandacht voor ontwikkelingen die zich buiten het Afrikaanse continent afspelen, zoals ontwikkelingen op het gebied van grootschalig duurzame initiatieven. Berichtgeving hierover doen kan stimulerend werken. Echter, het Afrikaans politieke landschap is er eerder een van ieder voor zich en God voor ons allen (denk bijv. aan corruptie). Iets dat wij allemaal van de Amerikanen kennen. Mensen gaan zich dan ook hiernaar gedragen. Daarom komt in Afrika zo weinig en op een te beperkte schaal iets van de grond.
Het is dan ook onjuist als Afrikaanse leiders voor extra geld aan de deur kloppen met als voorwendsel dat wij, het Westen, klimaatverandering in Afrika hebben veroorzaakt terwijl men zelf de eigen bevolking geen andere keuze overlaat dan hetzelfde te doen.